Is Fouad Ahidar dan toch uit het bos gekomen? Niet als 'formateur' in Vlaams Brussel maar als politicus. Het politiek programma van Team Fouad Ahidar vermeldt immers nauwelijks iets over godsdienst en positioneert zich maatschappelijk ergens zwevend tussen PS en PTB, maar eergisteren was de oprichter op de RTBF (eindelijk) glashelder in zijn communicatie. 'Ja, u mag mij een communitarist noemen die voor de moslimgemeenschap opkomt' en 'De politiek beslist over alles en mengt zich ook in wat halal is en wat niet'. Daar kon hij het absoluut niet eens mee zijn. Nou moe.

Een scherpe observator als Alain Gerlache reageerde alvast gealarmeerd en ook ondergetekende is zonder meer met verstomming geslagen. De eerste uitspraak is duidelijk maar het is an sich niet verboden voor een groep mensen op te komen natuurlijk. De tweede uitspraak is veel verontrustender: Ahidar wil niet dat de politiek over godsdienst beslist. Zijn visie op de scheiding van religie en staat is een subtiel sofisme. De staat laat de moskee met rust en de moskee laat de staat met rust, ieder het zijne. Dit staat natuurlijk volledig gelijk met het ondermijnen van het eeuwenoude Heilige (excusez-moi le mot) Pact van vrijheid van godsdienst hier te lande: het staat iedere burger vrij zijn religie te beleven maar de overheid bepaalt de grenzen ervan. Net om religieuze uitwassen te vermijden. Onze scheiding van kerk en staat betekent dus heel duidelijk dat de staat baas is. En dit wordt door Ahidar nu onverbloemd en ongegeneerd in vraag gesteld… .

Inmiddels blijven Groen en Vooruit ook vandaag met hem aan tafel zitten in de verkenning van een Nederlandstalige meerderheid voor de Brusselse regering. Na deze ontboezemingen, begrijpe wie kan. Deze maskerade met Ahidar als pseudoformateur leidt nergens toe of op zijn minst naar iets wat een overgrote meerderheid in Brussel niet wil.

Door de (tijdelijke?) abdicatie van Groen en het rondjes draaien van Ahidar, verliest Brussel onnodig veel tijd. Begroting, netheid en veiligheid en andere uitdagingen wachten niet en verlangen integendeel dringend oplossingen. Maar wat minstens even erg is: de Nederlandse taalgroep in Brussel -en bij uitbreiding het hoofdstedelijk samenlevingsmodel- wordt met dit onbegrijpelijk getalm erg verzwakt. Vijf procent van de Brusselaars spreekt Nederlands als moedertaal, vijftien procent van de hoofdstedelingen stemt op een Vlaamse lijst en vijfentwintig procent van de Brusselse ketjes zit in het Nederlandstalig onderwijs. Een mooie en boeiende opwaartse curve. Maar de kaping door Ahidar en het mistige dralen van Groen dreigen meer dan dertig jaar smeden en bouwen aan een Nederlandstalige aanwezigheid in de hoofdstad volledig onderuit te halen. Franstalige partijen lieten zich niet onbetuigd: 'als het moet gaan we in Brussel wel verder zonder de Nederlandstaligen, we blijven niet wachten op Godot'. Dit soort neerbuigendheid heb ik al decennia niet meer gehoord en is bijna even verontrustend als het in vraag stellen van de scheiding tussen kerk en staat. Dit land in het algemeen en dit hoofdstedelijk gewest in het bijzonder is gebaseerd op godsvrede en taalpacificatie.

Maak er gebruik van, verdorie. En vorm een Vlaamse meerderheid. Niemand heeft ooit gezegd dat dit makkelijk zou zijn. Maar wat moet, moet. Onze democratie is belangrijker dan het partijbelang. Brussel kan echt niet langer wachten.

👉 Link naar het interview op RTBF: https://www.rtbf.be/article/fouad-ahidar-je-suis-un-bruxellois-a-l-ecoute-de-tous-les-bruxellois-une-nouvelle-force-politique-en-vue-11439982

Sven Gatz

Bruxelles attend Godot

Bruxelles ne peut plus attendre

Bruxelles doit aller de l'avant et pas reculer

Fouad Ahidar est-il sorti du bois ? Non pas en tant que « formateur » dans le Bruxelles néerlandophone, mais en tant qu'homme politique. En effet, le programme politique de la Team Fouad Ahidar ne mentionne pratiquement pas la religion et se positionne socialement quelque part entre le PS et le PTB, mais avant-hier sur la RTBF, le fondateur a (enfin) été clair comme de l'eau de roche dans sa communication. "Oui, vous pouvez me traiter de communautariste qui défend la communauté musulmane » et "la politique décide de tout et s'immisce aussi dans ce qui est halal et ce qui ne l'est pas". Il n'était pas du tout d'accord avec cela. Lassant. Un observateur averti comme Alain Gerlache a déjà réagi de manière alarmiste et j'avoue être moi-même tout aussi abasourdi. La première affirmation est manifeste, mais il n'est pas interdit, en soi, de prendre la défense d'un groupe de personnes, bien entendu. La deuxième affirmation est beaucoup plus inquiétante : Ahidar ne veut pas que la politique décide de la religion. Sa vision de la séparation de la religion et de l'état est un subtil sophisme. L'État laisse la mosquée tranquille et la mosquée laisse l'État tranquille. Bien entendu, cela revient à remettre en cause le Pacte sacré (excusez-moi le mot) de la liberté de religion dans notre pays : chaque citoyen est libre de pratiquer sa religion, mais le gouvernement en fixe les limites. Tout simplement pour éviter les excès religieux. Notre séparation de l'Église et de l'État signifie donc très clairement que l'État dirige En attendant, Groen et Vooruit restent aujourd'hui à ses côtés dans la recherche d'une majorité néerlandophone pour le gouvernement bruxellois. Après ces effusions, comprenne qui pourra.

Cette mascarade avec Ahidar comme pseudo formateur ne mène nulle part ou du moins à quelque chose qu'une large majorité à Bruxelles ne veut pas.

Avec l'abdication (temporaire ?) de Groen et Ahidar qui tourne en rond, Bruxelles perd inutilement du temps. Le budget, la propreté, la sécurité et d'autres défis n'attendent pas et exigent au contraire des solutions urgentes. Ce qui est tout aussi grave, c'est que le groupe linguistique néerlandophone à Bruxelles - et par conséquent le modèle de société de la capitale - est considérablement affaibli par ces tergiversations incompréhensibles. Cinq pour cent des Bruxellois sont de langue maternelle néerlandophone, quinze pour cent des Bruxellois votent pour une liste néerlandophone et vingt-cinq pour cent des ketjes bruxellois sont scolarisées dans l'enseignement néerlandophone. Une belle et fascinante courbe ascendante. Mais le détournement d'Ahidar et les tergiversations brumeuses de Groen menacent de réduire à néant plus de 30 ans de construction et de renforcement d'une présence néerlandophone dans la capitale. Les partis francophones ne se sont pas laissés faire : « s'il le faut, nous continuerons à Bruxelles sans les néerlandophones, nous n'attendrons pas Godot ». Je n'ai pas entendu ce genre de condescendance depuis des décennies et c'est presque aussi inquiétant que de remettre en question la séparation de l'Église et de l'État. Ce pays en général et la région de Bruxelles-Capitale en particulier sont fondés sur l'union et la pacification linguistique.

Faites-en usage, bon sang. Et formez une majorité néerlandophone. Personne n'a jamais dit que ce serait facile. Mais ce que nous devons faire, nous devons le faire. Notre démocratie est plus importante que les intérêts des partis. Bruxelles ne peut plus attendre.

👉 Lien de l'interview sur la RTBF : https://www.rtbf.be/article/fouad-ahidar-je-suis-un-bruxellois-a-l-ecoute-de-tous-les-bruxellois-une-nouvelle-force-politique-en-vue-11439982

Sven Gatz