Onderwijs is de sterkste springplank
Deze week kwam de slechte tijding dat twee klassen in een Vlaamse school in Schaarbeek zouden moeten sluiten wegens lerarentekort. De nachtmerrie van elke ouder: wat nu? En van elk kind: plots weet je niet meer of je volgende maand nog met dezelfde vriendjes in de klas zit… Maar ook een minister krabt zich dan hard in het haar.
Zijn er nu genoeg of te weinig leerkrachten in het
Nederlandstalig onderwijs in Brussel? Wel, er zijn er meer dan voorheen maar
het blijft krap. Door het bouwen van verschillende nieuwe scholen en vele
renovaties hebben we de laatste jaren honderden extra leerkrachten naar Brussel
gehaald. Ook onze beurzen voor zij-instromers hebben een paar honderd nieuwe
leerkrachten naar de Brusselse klassen geleid. Dat is goed nieuws. Mensen
willen lesgeven in Brussel. Ruim meer dan de helft van onze leerkrachten zijn ook
al meer dan tien jaar in de hoofdstad aan de slag. Velen blijven dus ook. Het
lerarentekort schijnt in Brussel te dalen, meer dan in Vlaanderen trouwens. Maar we komen nog steeds ongeveer 10% mensen tekort. Er
blijft immers heel veel vraag naar Nederlandstalig onderwijs in Brussel…
Sommige scholen hebben daarbij geen of nauwelijks tekorten maar anderen weten
van geen hout pijlen maken. En als daar dan zoals in Schaarbeek wat interne
conflicten bijkomen (dat kan op elke werkvloer gebeuren) en mensen slaan in het
midden van een schooljaar (geen goed idee…) de schoolpoort achter zich toe, kan
je snel in een negatieve spiraal terecht komen.
Op korte termijn (volgende week dus) wil ik samen met de
school, ons Onderwijscentrum Brussel en de Vlaamse minister van onderwijs alle
zeilen bijzetten: kunnen we de sluiting van de klassen nog omdraaien? Op middellange termijn moeten we echt wel werk maken van
de Brusselpremie voor leerkrachten in Brussel. Lesgeven in de grootstad is
extra complex (zo'n premie bestaat trouwens ook al meer dan twintig jaar voor
de politie in Brussel, om dezelfde redenen). Voor mij mag dat trouwens ook een
Stadspremie zijn (de contacten met Antwerpen en Gent zijn gelegd). Nederlands voor Brussel, meertaligheid voor onze ketjes,
dat verdient een extraatje.
Sven Gatz
L'éducation est le meilleur tremplin
Cette
semaine, la mauvaise nouvelle est tombée : deux classes d'une école flamande de
Schaerbeek devraient être contrainte de fermer faute d'enseignants. Le
cauchemar de tout parent : que faire maintenant ? Et de chaque enfant :
soudain, on ne sait plus si l'on sera encore en classe avec les mêmes copains
le mois prochain... Même un ministre se creuse les méninges.
Y a-t-il assez ou trop peu d'enseignants dans l'enseignement néerlandophone à Bruxelles ? Il y en a plus qu'avant, mais la situation reste tendue. Grâce à la construction de plusieurs nouvelles écoles et à de nombreuses rénovations, nous avons attiré des centaines d'enseignants supplémentaires à Bruxelles ces dernières années. Nos bourses d'études pour les candidats zij-instromers ont également attiré plusieurs centaines de nouveaux enseignants dans les salles de classe bruxelloises. C'est une bonne chose. Les gens veulent enseigner à Bruxelles. Plus de la moitié de nos enseignants travaillent dans la capitale depuis plus de dix ans. Ils sont donc nombreux à rester. La pénurie d'enseignants semble se résorber à Bruxelles, plus qu'en Flandre d'ailleurs. Mais il nous manque encore environ 10 % des effectifs. Après tout, la demande d'enseignement néerlandophone reste importante à Bruxelles... Certaines écoles n'ont pas ou peu de pénurie, mais d'autres ne savent plus où donner de la tête. Et si, comme à Schaerbeek, il y a des conflits internes (ce qui peut arriver dans n'importe quel travail) et que les gens claquent les portes de l'école en plein milieu de l'année scolaire (ce qui n'est pas une très bonne idée...), on peut rapidement se retrouver dans une spirale négative.
À court terme (c'est-à-dire la semaine prochaine), je souhaite mettre tout en œuvre avec l'école, notre Onderwijcentrum Brussel et le ministre flamand de l'éducation : pouvons-nous encore annuler la fermeture des classes ? À moyen terme, nous devons travailler sur la prime bruxelloise pour les enseignants à Bruxelles. Enseigner dans une grande ville est très complexe (une telle prime existe pour la police à Bruxelles depuis plus de 20 ans, pour les mêmes raisons). Pour moi, cela pourrait aussi être une prime de ville (des contacts ont été pris avec Anvers et Gand). Le néerlandais pour Bruxelles, le multilinguisme pour nos kets, cela mérite une prime.
Sven Gatz